Aanslag op de liefde
Is dit hoe dood kan gaan, je richt je geweer, je scant
mijn geheugen: de laatste vakantie, de eerste vliegreis,
de beslagen medaille van de laatste vierdaagse: sterven
voor beginners. Je blik houdt schrik en misbaar
samen, je ogen richten een ravage aan in mijn versie
van een mannenhart. Liefde is de som van gemis.
Je graaft een kuil in je naam, het dagelijks bloed
kan er zomaar in verdwijnen, je zegt dat je
geen vrouwen doodt. Iedereen wijst naar je foto,
je hebt het ‘m geflikt. Je wilde ons waarschuwen:
dit is geen gedicht. Je zegt haast vriendelijk dat je
geen vrouwen doodt, maar het loopt wel eens anders,
het blijft mensenwerk. Welke engelen kent je geloof,
in welke woorden kan een verloren god zich nestelen?
Vergeven is gezegd, onmenselijk godenwerk.
© Anne Vegter, 4 februari 2015
Poëzieweek 2015