Continuïteit

Zonder mijn huisarts kan ik het niet stellen: 
Ik zal geen spreekuur van hem overslaan
En als patiënt kan ik er van op aan
Dat steeds als ik hem uit zijn bed zal bellen
Hij dadelijk behulpzaam toe zal snellen,
Want hij pleegt altijd voor mij klaar te staan.
En zelfs als ik ten slotte heen zal gaan
Dient hij mij in de dood te vergezellen.

Indien het immers mij zal zijn gegeven
Dat ik dan onverhoopt reïncarneer
En in een ander lichaam wederkeer
Verlang ik dat hij mij is trouw gebleven.
Ik wil gewoon dezelfde lijfarts weer,
Want zonder hem kan ik niet verder leven.
Bij gelegenheid van het vijftigjarig bestaan van het Nederlands Huisartsen Genootschap